Geschatte leestijd: 5 minuten

Het was een pittige reis geweest, maar eigenlijk ook wel heel voldoenend om te merken dat we het nog niet zijn verleerd. Leuk om te merken hoe we op elkaar in zijn gespeeld qua ‘taakverdeling’. Al is dat noodgedwongen een klein beetje anders dan we gewend zijn omdat Rick hier voor alles wordt aangesproken. Hij hoort het simpelweg allemaal te regelen. ‘Tuktuk sir?’ hoor je als we samen de chauffeur voorbij lopen, ‘Where are you from, sir?’ als de tuktuk chauffeur een praatje aanknoopt en (gelukkig) krijgt Rick dan ook zonder vraag vooraf de rekening voorgeschoteld. Dat zijn mannendingen. ‘Do you want to take a look in my shop?’ is dan weer wel aan Michelle gericht. Alles even vriendelijk bedoeld. De mensen zijn, bijzonder behulpzaam, vriendelijk en geïnteresseerd. Natuurlijk soms met een zakelijke ondertoon. ‘Wat gaan jullie morgen doen? Ik kan jullie wel brengen? Only 3000!’

Na ons iets te lang middagdutje zijn we rond 16.00 uur Kandy, en de gebruiken in Sri Lanka in het algemeen, gaan verkennen. We hadden na ons ontbijt niets meer gegeten dus we hadden best wel trek. Op jacht naar eten dus! Overal in de stad zijn bakkers waar je de hele dag door allerlei verschillende lekkernijen kan krijgen. Daar zitten enkele zoete dingetjes tussen, maar met name zijn er veel gevulde driehoekjes te krijgen met een soort pannenkoek aan de buitenkant en een aardappel, groente en kruidenmengsel van binnen. De één pittiger dan de ander zijn we inmiddels achter. Heel veel soorten hartige koekjes, gevulde gepanneerde dingetjes met nog veel meer keuze aan vullingen. Heerlijk! Van alles één alsjeblieft. Hier hielden we het wel even op vol tot aan het diner.

Als je maar twee weken hebt doe je je huiswerk iets beter dan als je wat langer de tijd hebt, dus we gingen meteen door naar ‘the temple of the tooth’ waar rond 18.30 uur een gebed zou beginnen. Nou dit is het verhaal: Toen Buddha was gestorven werd zijn lichaam gecremeerd. Er zijn onderdelen niet helemaal goed verbrand waaronder dus een aantal tanden. Één tand is ontvreemd en ligt op een sokkel met heel veel versieringen in een afgesloten gebedsruimte in the temple of the tooth en wordt er drie keer per dag in die tempel een heel spektakel georganiseerd met belangrijke monniken die wel de gebedsruimte in mogen en veel trommels en een fluit. De mensen die willen bidden gaan in een lange rij staan en lopen één voor één langs een raampje (lijkt de McDrive wel) waar de monnik vanuit de gebedsruimte de offers en geschenken in ontvangst neemt. Superleuk om een keer mee te maken! Wat een gigantische stroom met mensen komt daar op af! Vrouwen in witte klederdracht, iedereen op blote voeten, overal heerlijk geurende lotusbloemen.

We hebben nog een klein rondje gemaakt door de tuinen en langs het nationale paleis en zijn toen rustig aan de stad gaan verkennen waar de streetfood tentjes waren of waar we zo’n goede Sri Lankaanse curry konden scoren waar we zoveel over hadden gehoord. Dat pakte iets anders uit. Er waren nog enkele restaurants open, maar met name toeristenplekjes zoals een pub en een Indiaas restaurant, maar verder was eigenlijk alles wel gesloten. We zijn in het Indiase restaurant neer geploft (wat verre van slecht was!) en zijn moe en voldaan terug naar ons guesthouse gelopen. Wat is het toch heerlijk om nieuwe dingen te ontdekken!

Over nieuwe dingen ontdekken gesproken. We hebben veel verhalen gehoord over de kwaliteit van het openbaar vervoer, of eigenlijk over het vervoer in het algemeen. Maar het valt tot nu toe best wel mee. De dag na onze hell of a trip zijn we een mooie wandeling gaan maken langs drie tempels. Hadden we al verteld dat Kandy bekend staat als religieuze stad? De tempels waren voor ons eigenlijk bijzaak, het leek ons gewoon leuk om het platteland te bekijken. (Hoe noem je het platteland wat niet plat is?) We hadden een vrij logische omschrijving in onze reisgids gelezen waar we de bus naar de eerste tempel konden vinden, maar wat het boek er niet bij vertelde was dat het busstation de drukste is die je maar kunt bedenken! Er stonden, of er reden ongeorganiseerd van en naar het busstation, naar schatting 500 bussen rond op dat ene kleine busstation! Zoek dan maar eens naar busnummer 643… De ene na de andere behulpzaam Sri Lankaan wees ons de weg en uiteindelijk, hoe bedenk je het ook anders, stond de bus aan de andere kant van de weg bij de winkeltjes in plaats van bij het busstation. Prima te vinden dus!

Eenmaal met de bus op bestemming aangekomen bracht het pad ons bij de eerste tempel. Daar was een soortgelijk gebed als de avond ervoor bezig, alleen dan een fractie van de grootte van de vorige avond. Hartstikke leuk, maar snel weer door naar de volgende. (Je mag het denken: wat een cultuurbarbaren). Het zonnetje scheen lekker en we liepen echt door de ongeplaveide weggetjes tussen de primitieve woningen door. Op iedere oprit stond er een goed verzorgde tuktuk geparkeerd. Zoals ze in Vietnam allemaal een scooter hadden hebben ze in Sri Lanka allemaal een tuktuk, wat veel handiger is want die dingen zijn overdekt en hebben laadruimte voor de kippen (ofzo)! Iedereen was even vriendelijk en de nog niet naar school gaande kinderen die thuis waren konden al een aardig mondje Engels! De kinderen die wel schoolgaand waren, waren allemaal in een onberispelijk wit uniform gekleed. Hoe doen ze dat? Wij hebben al moeite om alleen een korte broek lichtblauw te houden!

De tweede tempel was ook heel mooi. Het scheen de mooiste in de wijde omtrek te zijn. We hebben ge-ohd en ge-ahd op de juiste momenten en zijn onze wandeling weer lekker gaan vervolgen. We werden getroffen door een regenbuitje, maar waren gelukkig voorbereid met paraplu’s en zijn uiteindelijk de laatste tempel maar voorbij gelopen. Aan het eind van de wandeling stonden we aan de doorgaande weg naar Kandy. En alle bussen gaan zo’n beetje naar Kandy, dus dat ging super makkelijk.

Morgen gaan we vroeg op, op naar de trein, op naar de thee!